Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wijzigingswet Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees parlement (non-activiteitsbepalingen)

 

Artikel II
1
Degenen die bij inwerkingtreding van deze wet reeds op non-activiteit zijn gesteld op grond van artikel 3 van de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement, zoals het luidde voor inwerkingtreding van deze wet, behouden de aanspraken als omschreven in de artikelen 4 tot en met 7 van die wet, gedurende de periode dat zij zonder onderbreking lid zijn van de Tweede Kamer, onderscheidenlijk van het Europees Parlement.
2
Degenen die op grond van het eerste lid de aanspraken als omschreven in de artikelen 4 tot en met 7 van de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement, zoals die luidden voor inwerkingtreding van deze wet, hebben behouden tot aan de eerstvolgende verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, worden indien zij opnieuw worden toegelaten tot het lidmaatschap van de Tweede Kamer omdat een ander lid van de Tweede Kamer minister of staatssecretaris wordt bij de kabinetsformatie, van rechtswege op non-actief gesteld. Zij verkrijgen opnieuw de aanspraken als omschreven in de artikelen 4 tot en met 7 van de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement, zoals die luidden voor inwerkingtreding van deze wet.
3
Degenen die een in artikel 1, tweede en derde lid, van de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement bedoeld ambt bekleden, worden, indien zij na de datum van inwerkingtreding van deze wet op grond van een voor de inwerkingtreding van deze wet gehouden verkiezing worden toegelaten tot het lidmaatschap van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, van rechtswege op non-actief gesteld. Zij verkrijgen de aanspraken als omschreven in de artikelen 4 tot en met 7 van de Wet Incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement, zoals die luidden voor inwerkingtreding van deze wet. Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing.
4
Een tijdelijk ontslag als bedoeld in artikel X 10 van de Kieswet geldt niet als een onderbreking in de zin van het eerste lid.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •